Lang leve de Loir

Lang leve de Loir

Onder fietsers is het Loire-dal onbetwist favoriet. De rivier verbindt immers de mooiste stukjes van Frankrijk. Maar weleens van het Loir-dal gehoord? Ik vond het een ontdekking. Er ontbreekt een ‘e’, maar daartegenover staan louter plussen. Want heerlijk rustig. De prachtsteden als Chartres, Vendôme en Angers krijg je er als bonus bij. ‘De Vallei van de Loir per Fiets’ staat beschreven in een handig en gratis routeboekje. De heldere bewegwijzering doet de rest.

‘Avontuur voor het oprapen

Wat is er te beleven? De start ligt in het middeleeuwse Chartres, dat zowel per auto als trein prima is aan te reizen. Hun kathedraal, met wereldberoemde  gebrandschilderde ramen, is alleen al door zijn omvang niet te missen. In Chartres woonden de beste glas-in-loodmakers, zodat wij nu – duizend jaar later – nog altijd met eigen ogen het beroemde blauwe Chartreslicht kunnen zien. Bijzonder is ook dat het godshuis op een plateau ligt, dat als een balkon hoog boven de stad hangt. Hier heb je een onbelemmerd uitzicht over de middeleeuwse stad, die er puntgaaf bijligt. Alleen de gsm-antennes en enkele auto’s verraden dat de Charterianen niet van gisteren zijn.

We trappen de fietsen aan. Op naar Illiers-Combray waar de Loir-fietsroute officieel van start gaat, omdat daar de rivier ontspringt. Vanaf de eerste kilometer, vliegen de Frankrijk-clichés je om de oren: lichtglooiend landschap met akkers, weilanden, plukjes bos en hier en daar een boerderij. De route wordt goed aangegeven door de richtingaanwijzers.

De dorpen lijken, na hun glorietijd in de middeleeuwen, in een schoonheidsslaap te zijn gesukkeld. Prachtig om doorheen te fietsen, maar de Franzosen of Françaises met een baguette onder de arm ontbreken. Er is geen mens te bekennen. Of het moet de postbode zijn die in een lichtgele bestelbus van huis naar huis rijdt. De winkeltjes die ooit voor levendigheid zorgden, hebben het af moeten leggen bij de Super U- en de Carrefour-winkels.  Supermarchés, die halverwege de vorige eeuw aan de rand van de provinciesteden verrezen. Want daar was de grond spotgoedkoop en volop ruimte. Omdat de producten in deze megastores veel goedkoper waren, werden de middenstanders in de binnenstad buitenspel gezet. In de winkelstraten in de provinciesteden is soms meer dan de helft van de winkelvoorraad à louer.

We zijn daarom extra blij als we dan toch op een boulangerie stuiten, waar de lekkerste croissants op ons wachten. Of een cafeetje ontdekken met een paar mensen aan de teek, die al heel vroeg achter een glas Pastis staan en een Lotto-kaart invullen.

De Loir is de meanderende leidraad van deze route. Maar anders dan bij de Loire of Vélofrancette fiets je nooit uren achtereen langs de oever. We krijgen ook de rest van de vallei te zien. Châteaudun en haar kasteel is zo middeleeuws als ridders, horige boeren en pestepidemieën. De Loir, die hier dwars door de stad stroomt, gold hier eeuwenlang als de economische slagader. Ons slaapadres is daar het bewijs van. We logeren in een watermolen waar voor de hele streek het meel werd gemalen. Deze B&B is een zogenoemde accueil vélo. Dat is Frans voor ‘wij houden van fietsers’ en dat is te merken. Eigenaresse Claudine verrast ons de volgende dag met een ontbijt waar we een vliegende start mee maken..

De route naar Vendôme is weer allemachtig prachtig, dit is Frankrijk in het kwadraat. De velden met jonge mais en gerst reiken tot over de horizon. Welke landschapsarchitect heeft daar zo subtiel wat boerderijen en bomen tussen gezet? Vendôme, ligt op de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella. Haar Jakobskapel is behalve voor wandelaars ook voor fietsers een verplichte stop. Net als Lavardin, ‘een van de mooiste dorpen van Frankrijk’. Vanaf de hooggelegen kasteelruïne toont ze zich van haar meest ijdele kant. Troo, dat het zonder dit label moet stellen, is misschien nog wel mooier.

Het gezellig drukke Angers, met fijne winkels en terrassen, laat de grandeur van Frankrijk nog even goed voelen. Met als een van de high lights het 100 meterlange, middeleeuwse wandtapijt ‘Apocalypse’ dat in het kloeke kasteel de muren siert.

Dan zijn er nog de kleine ontdekkingen. Zoals wijnboer Xavier Fresneau in Marçon, wiens wijn geperst is uit de druiven, die zich voeden met het vocht uit de Loir-Vallei. Evenals de originele keuken onder kasteel Le Lude en het beschermde moerasgebied Cré-sur-Loir. Of de dolmen bij La Chapelle-aux-Choux. Deze Franse variant van ons hunebed, ligt verscholen langs de fietsroute, maar geen enkel bord dat ernaar verwijst. Dus iedereen fietst voorbij. Onhandig en charmant te gelijk. Vive la France, vive La Vallee du Loir.

Loir? Loire? Loiret?

Zou het komen doordat Franrijk zo groot is, dat de bewoners langs de 300 kilometer lange Loir niet wisten dat er verderop nog een Loire stroomde. Die nota bene ruim drie keer zo lang was? Er is nota bene ook nog een Loiret, maar die moet het doen met een bescheiden lengte van 12 kilometer. Welke rivier kreeg als eerste zijn naam? De Loir of de Loire? Feit is dat de dubbelgangers al eeuwenlang voor verwarring zorgen, want ‘Loire’ en ‘Loir’ klinken ook in het Frans precies hetzelfde. Bovendien komen ze bij de stad Angers vlak bijelkaar en worden ze door de rivier de Sarthe met elkaar verbonden.

 

REISWIJZER

PDF Routeboekje www.vallee-du-loir.com of via info@vallee-du-loir.com. Fiets gratis mee met www.thalys.com en TGV www.voyages-sncf.com

DOEN

Glas-in-loodmuseum www.centre-vitrail.org.  Kasteel www.lelude.com. Veel tips op www.chartres-tourisme.com, www.angersloiretourisme.com, www.france.fr en www.valdeloire-france.nl.

SLAPEN

B&B boven de Loir: www.moulin-de-chemars.fr. Fietsvriendelijk: www.hotel-saint-georges-vendome.com. Franse slag gecombineerd met Britse nouveau riche: www.hotelvendome.fr.

ETEN

De Loir op z’n lekkerst: www.restaurantdesplantes.com, www.guinguettedumoulin.fr en www.fresneau.fr